JUNI 2021 NOG IN DE RACE VOOR EEN RECORD-POSITIE MET ZOMERSE DAGEN!
| ZATERDAG 26 JUNI 2021 KNMI-STATIONS – laagste temperatuur: 10,7°C Twente tot 15,4°C o.a. Stavoren – hoogste temperatuur: 26,1°C Eindhoven tot 19,8°C Hoek van Holland – neerslag: nacht 7 mm Hoek van Holland, overdag 5,3 mm Voorschoten – zon: 11,6 uur Maastricht tot 1,4 uur Voorschoten – hoogste windstoot 36 km/uur Eindhoven WEERSTATION-BORCULO |
EEN JAAR GELEDEN 26 JUNI 2020 KNMI-STATIONS – laagste temperatuur: 14,3°C Heino tot 21,3°C Berkhout – hoogste temperatuur: 32,3°C Hoek van Holland tot 27,6°C Vlissingen – neerslag: nacht droog, overdag 33 mm Gilze-Rijen – zon: 15,5 uur Nieuw Beerta tot 8,5 uur Westdorpe, Wilhelminadorp – hoogste windstoot 88 km/uur Gilze-Rijen WEERSTATION-BORCULO |
DATUMRECORDS 26 JUNI BORCULO
maximum-temperatuur: 31,3°C in 2020 tot 16,6°C in 2007
minimum-temperatuur: 5,9°C in 2013 tot 16,5°C in 2006
natste dag: 9,9 mm in 1997
zonnigste dag: 15,9 uur in 2003
DATUMRECORDS 26 JUNI KNMI-STATIONS
maximum-temperatuur: 34,1°C Volkel in 1976 tot 11,8°C Den Helder in 1923
minimum-temperatuur: 1,3°C Eelde in 1918 tot 20,7°C Eindhoven in 1976
natste dag: 85 mm Volkel in 2020
BIJZONDERHEDEN (ZATERDAG) 26 JUNI
In de nacht naar zaterdag viel met name in de westelijke provincies regen/buiige neerslag. De minimum-temperaturen bleven overal boven de 10°C en op zes KNMI-stations op 15°C en hoger en dat waren Hoek van Holland, Lauwersoog, Leeuwarden, Stavoren, Vlissingen en Wijk aan Zee.
In de nacht naar zaterdag de laagste temperaturen op waarnemingshoogte van 10,7°C op het KNMI-station Twente gevolgd door 11,1°C op het KNMI-station Hupsel. De hoogste minima van 15,4°C op de KNMI-stations Lauwersoog, Leeuwarden en Stavoren gevolgd door 15,3°C op het KNMI-station Vlissingen. De meeste neerslag in de nacht naar zaterdag op de KNMI-stations Hoek van Holland en Vlissingen met respectievelijk 7- en 3,9 millimeter. Op de KNMI-stations Hupsel en Twente geen neerslag in de nacht.
Zaterdag overdag in de ochtend in het zuidwesten wat regen/buiige neerslag, daarna droger tot in de middag. Voor het grootste deel van het land droog tot in de middag en voor het oosten en zuidoosten van het land bleef het de hele dag droog. Eind zaterdagochtend kwamen de eerste stapelwolken tot ontwikkeling en dat werd in de middag alleen maar meer. Zaterdagmiddag bereikten al vroeg de eerste stapelwolken het buienstadium in het zuiden van het land en wat later ook in het noorden van het land. In het oosten van het land bleef het droog tot in de avond. In het zuiden/zuidwesten vielen zaterdagmiddag opnieuw buien tot lokaal zware (onweers)buien. Lokaal viel ook veel neerslag, in het noorden en zuidwesten/zuiden van het land lokaal meer dan 50 millimeter. Met de vorming van de stapelwolken kreeg de zon ook meer tegenstand. Over de hele dag genomen de meeste zonneschijn voor het oosten en zuidoosten van het land met rond 9 tot 11 uur, daarentegen in het zuidwesten van het land nog geen 2 uur op de meeste stations. Met uitzondering van de kustprovincies werd in de rest van het land op de meeste stations de zomerse grens van 25°C bereikt en overschreden, m.a.w. een zomerse dag. Voor veel stations was de laatste zomerse dag daarvoor zondag 20 juni.
De hoogste temperaturen van 26,1°C op het KNMI-station Eindhoven gevolgd door 26,0°C op het KNMI-station Arcen. De laagste maxima van 19,8°C op het KNMI-station Hoek van Holland gevolgd door 20,0°C op het KNMI-station Terschelling. De KNMI-stations Hupsel en Twente hadden maxima van respectievelijk 25,8°C en 25,3°C. De meeste neerslag viel op de KNMI-stations Voorschoten en Hoek van Holland/Vlissingen met respectievelijk 5,3- en 0,9 millimeter. Vanaf middernacht tot zaterdagavond 20 uur de meeste neerslag op het KNMI-station Hoek van Holland met 7 millimeter.
Onderstaande foto maakte Corry van Hoogeloon vanuit Domburg in Zeeland. Vriendelijke onschuldige bewolking met ruimte voor de zon, die momenten waren schaars in Zeeland op zaterdag.
– Vorig jaar in de nacht naar 26 juni op negen KNMI-stations een tropennacht en daarvan spreken we als de minimum-temperatuur niet onder de 20°C uitkomt. De meeste KNMI-stations met een tropennacht in de kustgebieden en het meest verre station landinwaarts was het KNMI-station Eindhoven met als minimum precies 20°C. De meest koele regio in de nacht 26 juni 2020 was een strook vanaf de Achterhoek tot over Salland met op de KNMI-stations Heino en Hupsel met minimum-temperaturen van respectievelijk 14,3°C en 14,9°C. De overige KNMI-stations allemaal boven de 15°C met de minimum-temperatuur. Het minimum van 21,3°C op het KNMI-station Berkhout werd geen datumrecord, want er stroomde later op de dag koelere lucht het land in. Het datumrecord voor het minimum van 26 juni staat op 20,7°C van 26 juni 1976 op het KNMI-station Eindhoven.
– Vorig jaar 26 juni met veel zon op veel plaatsen tropische temperaturen, de meeste stations met tropische temperaturen in de zuidelijke helft van het land. Alleen de KNMI-stations Vlissingen en Westdorpe bleven in het zuiden van het land onder de 30°C. Het meest noordelijke station die de 30°C bereikte was het KNMI-station Eelde met 30,4°C. Ook tropische temperaturen in de kustgebieden, de topper van het land het KNMI-station Hoek van Holland met 32,3°C en ook het KNMI-station Wijk aan Zee kwam tot 31,2°C. De 32,3°C op het KNMI-station Hoek van Holland werd de hoogste temperatuur van juni 2020. In het oosten van het land tropisch op het KNMI-station Hupsel met 30,8°C en het KNMI-station Twente bleef onder de 30°C met 29,6°C. In Borculo de tweede tropische dag op rij met 31,3°C.
Eind van de middag/begin avond trokken de eerste regen-/onweersbuien via het zuiden hat land in. Daarbij lokaal al stevige onweersbuien met hagel en windstoten. Het KNMI-station Gilze-Rijen had tijdens een onweersbui een windstoot van 88 kilometer per uur. Verder viel op het KNMI-station Gilze-Rijen 33 millimeter neerslag met hagel met een doorsnede van twee centimeter en daarvan 32 millimeter in een half uur.
– Voor Borculo op 26 juni 2020 met 31,3°C een nieuw datumrecord voor 26 juni, het oude record stond op 29,5°C van 26 juni 1995. Borculo bereikte 26 juni 2020 ook het 1000e uur zonneschijn in 2020 en daarmee was 2020 samen met 2003 t/m 26 juni het zonnigste jaar. Het jaar 2018 is het zonnigste jaar over het hele jaar en in 2018 t/m 26 juni in Borculo 913 uur zon. Nu in 2021 staat de zonurenteller in Borculo op 806 uur.
– In 2019 in de nacht naar 26 juni op de KNMI-stations Hupsel en Twente nog een tropennacht met minima boven de 20°C met het hoogste minimum op het KNMI-station Hupsel met 20,4°C. Daarmee voor de Achterhoek en Twente de tweede tropennacht op rij op de KNMI-stations. Ook Borculo bleef met de minimum-temperatuur boven de 20°C met 20,2°C en daarmee ook de tweede tropennacht op rij.
– In 2018 begon het KNMI-station De Bilt op 26 juni met de op één na zonnigste 10-daagse periode, in de periode 26 juni – 5 juli totaal 141 uur zon. Het zonnigste 10-daagse tijdvak bleef nog staan voor 25 juni – 24 juli met 358 uur zon.
Onderstaande foto maakte Frans Sijmons uit Klausheide, druppels op de campanula.
HITTEGOLF
Het KNMI-station Arcen had in 2019 op 26 juni als enige KNMI-station aan de regels voor een hittegolf voldaan, vijf zomerse dagen op rij waarvan drie tropisch. Ook Borculo bereikte 26 juni 2019 de status hittegolf. Juni is in de volksmond de zomermaand, met zomerse temperaturen zat het in juni 2019 wel goed. Juni 2019 heeft met 19 zomerse dagen het hoogste aantal zomerse dagen voor juni sinds 1981 in Borculo. De juni-maanden van 2018 en 2017 kwamen elk tot elf zomerse dagen. In 2017 met het eind van de maand juni in zicht liet juni de thermische touwtjes wat vieren. Want vanaf 24 juni 2017 zat er een zomerse dag van 25°C of hoger er t/m 4 juli niet meer in. Daarmee volgde juni 2017 het spoor van juni 2016. In juni 2016 de laatste zomerse dag in Borculo op 24 juni met 25,3°C en daarna pas weer op 10 juli en dat was dan ook gelijk weer een tropische dag.
Totaal staat juni nu in Borculo op 15 zomerse dagen tegen vorig jaar over dezelfde periode 12 zomerse dagen, in 2019 t/m 26 juni ook 15 zomerse dagen en in 2018 zeven zomerse dagen, in 2017 11 zomerse dagen en in juni 2016 negen zomerse dagen. In juni 2019 en ook nu juni 2021 met 15 zomerse t/m 26 juni al het dubbele van het gemiddelde aantal voor de hele maand juni in Borculo. Juni 2021 is nu nog volop in de race voor een record-positie met zomerse dagen.
In juni 2012 t/m 26 juni nog geen zomerse dag en dat zou voor de hele maand nog oplopen tot twee zomerse dagen. Juni 2012 had in Borculo de meest late eerste zomerse dag voor juni sinds juni 1991. Juni 1991 is voor Borculo de enige juni-maand die geen zomerse dag had, de hoogste temperatuur van die maand bleef steken bij 23°C. In juni 2010 in Borculo 14 zomerse dagen en dat was tot 2019 voor Borculo het op één na hoogste aantal sinds 1981, alleen juni 1986 had er met 15 zomerse dagen net één meer.
Mensen moeten op zomerse dagen nog wel eens gewaarschuwd worden om niet te lang onbeschermd te gaan zonnen, dieren zoeken vaak wel naar hun eigen oplossing, zie onderstaande foto.
LAGE WATERSTANDEN GROTE RIVIEREN
Door de droogte in 2017 was het waterpeil van de grote rivieren ook lager, maar nog zeker niet alarmerend. In 2014 rond deze tijd was het waterpeil van de grote rivieren lager. Eind juni 2014 was het waterpeil van de grote rivieren bijzonder laag, dit had mede te maken met de weinige neerslag die er was gevallen in het stroomgebied van o.a. de Rijn. Dat was allemaal al begonnen in de winter van 2014 die vrij droog verliep in Midden- en West-Europa. Er was dan ook weinig smeltwater voor handen. Het waterpeil bij Lobith schommelde eind juni 2014 rond 7.60 meter +NAP. In 2017 met de droogte was op 26 juni het waterpeil bij Lobith 7.92+NAP en in 2018 op 26 juni 8.49+NAP. In een normale situatie hoort dat aan het begin van de zomer zo’n 9 meter +NAP te zijn. Meestal komen lage waterstanden pas voor na zeer droge zomers. Zo werd het laagterecord uit september 1991 van 7.22 +NAP in de grote zomer van 2003 tot tweemaal toe onderschreden. Dat was op 17 augustus met 7.16 +NAP en vervolgens aan het eind van september: 6.90 +NAP. Maar het absolute record hadden we in augustus 2018 met 6.87 +NAP, daarvoor was het laagterecord 6.89 +NAP van 2011.
JUNI-BOÖTIDEN
In de nachten van 26 juni t/m 2 juli is aan de hemel nog wat bijzonders te zien. Dan is het maximum te bewonderen van de jaarlijkse meteorenzwerm de Juni-Boötiden. Deze moet men niet verwarren met de gewone Boötiden die rond 4 januari hun maximum bereiken. Beide meteorenzwermen behoren tot het sterrenbeeld Ossenhoeder, deze wordt ook wel Boötes genoemd. De meteorenzwerm van de Juni-Boötiden komt voort uit de komeet 7P/Pons-Winnecke na een uitbarsting in 1915. Deze meteorenzwerm maakt een omloop om de zon in 6,37 jaar. Het is allemaal nog wel wat onzeker hoeveel meteoren er dit jaar zijn te zien en het moet natuurlijk vrij helder zijn. In 1998 en 2004 was het allemaal bijzonder actief, de laatste jaren was het allemaal een stuk minder. Juni-Boötiden zijn te herkennen als vrij traag, helder en oranje.
Hieronder een plaatje die e.e.a. wat duidelijker maakt.
EEN DUIK IN HET VERLEDEN
Onderstaande foto maakte Tinus Beckers uit lichtenvoorde in de avond van 26 juni 2015. Een chaotische lucht met bewolking op verschillende hoogtes, het typeerde het weerbeeld op 26 juni 2015.
In het plaatsje Vries viel op 26 juni 1982 in één uur tijd 42 millimeter.
In 1976 hadden we vanaf 26 juni voor Nederlandse begrippen wel een hele bijzondere periode. Toen in grote delen van Nederland was het vanaf 26 juni t/m 8 juli 1976 maar liefst 13 dagen geheel onbewolkt! Op het KNMI-station Leeuwarden werd op 26 juni 1976 een maximum-temperatuur bereikt van 32,5°C en dat was de warmste junidag daar in minstens 30 jaar.
Op 26 juni 1973 een ochtendaftapping over 24 uur in Apeldoorn van 53 millimeter.
Voor het KNMI-station Vlissingen is 26 juni nog wel eens een hele bijzondere datum geweest en dat was in 1972, toen de temperatuur aldaar pas voor de eerste keer boven de 20°C uitkwam met 23,3°C. Dit is voor Vlissingen altijd nog het record, zo laat in het seizoen.
De hoogste minimum-temperatuur voor 26 juni voor het KNMI-station De Bilt is 17,2°C uit 1935. De laagste temperatuur voor 26 juni op het KNMI-station De Bilt is 4,7°C uit het jaar 1923.
Door de homogenisatie van data door het KNMI zijn bovengenoemde temperaturen sinds 2016 herleid en wel het minimum van 17,2°C tot 16,6°C en het minimum van 4,7°C tot 4,0°C.
Op 26 juni 1918 op het KNMI-station Eelde met 1,3°C als minimum-temperatuur het decade-record, dat moet wel gedeeld worden met 24 juni 1957 van het inmiddels opgeheven KNMI-station Witteveen.
Op het KNMI-station Den Helder in 1913 van 26 juni t/m 15 juli temperaturen onder de 15°C.
In 1636 sloeg de bliksem in op de kruittoren in Rhijnberk.
Bijzonder was wel de vorming van waterhozen in het Waddengebied rond 26 juni 2015. Niet dat ze daar ontstaan, maar wel zo vroeg in het seizoen. De oorzaak moet gezocht worden in het grote temperatuurverschil tussen de bovenlucht en het zeewater, met name deze laatste was veel warmer dan de jaren daarvoor.
Onderstaande foto maakte Gert Jan Verbeek van een waterhoos in het Waddengebied.
WINDMOLENPARK NOORDOOSTPOLDER
Op onderstaande twee foto’s de aanbouw van het grootste windmolenpark van Nederland in de Noordoostpolder, onderstaande foto’s zijn van 2014. Daarbij werd gebruik gemaakt van de grootste rijdende kraan van Europa. De windmolens zijn bijna 200 meter hoog en totaal zijn er 86 windmolens geplaatst. Met deze 86 windmolens wekt windpark Noordoostpolder dit jaar circa 1,4 miljard kWh schone, duurzame elektriciteit op. Genoeg om jaarlijks ruim 400.000 huishoudens van elektriciteit te voorzien. Noordoostpolder is daarmee één van de Europese koplopers in moderne windenergie.
Met 86 windturbines wekt Windpark Noordoostpolder vanaf 2017 jaarlijks circa 1,4 miljard kWh schone duurzame elektriciteit op. Genoeg om jaarlijks bijvoorbeeld ruim 400.000 huishoudens van elektriciteit te voorzien.
Wist U overigens dat er ook plannen zijn om vliegende windturbines te maken? Het Amerikaanse bedrijf Makani Power test vliegende windturbines die op grotere hoogte energie kunnen opwekken. Men verwacht dat op termijn per turbine zo’n 600 huizen van elektriciteit kunnen worden voorzien. De zogenaamde Makani Airborne Wind Turbines lijken op een vloot minivliegtuigjes, maar zijn in feite kleine windturbines. Deze zijn zo licht dat ze bij een windsnelheid van meer dan 3,5 meter per seconde kunnen opstijgen. De “vliegende turbines” zijn met een kabel verbonden met een grondstation. Indien er niet genoeg wind staat, dan worden de turbines opnieuw door het grondstation binnengetrokken. In de lucht helpen kleine motoren om de snelheid te verhogen. De windturbines maken een cirkelvormige beweging, waardoor er nog meer energie geproduceerd kan worden. Door deze beweging te maken, kunnen de turbines namelijk tien keer de echte windsnelheid opvangen. Het grootste prototype werd in 2013 in productie genomen. Deze turbine vliegt op bijna 500 meter hoogte om daar genoeg energie te produceren om 600 huizen van elektriciteit te voorzien.
Hieronder ziet U een prototype van de “vliegende windturbine”.
