APRIL SOMS KOELER DAN MAART!
| VRIJDAG 14 APRIL 2023 KNMI-STATIONS – laagste temp. nacht: -1,0°C Deelen, Twente tot 6,3°C Terschelling – laagste temp. etmaal: -1,0°C Deelen, Twente tot 6,3°C Terschelling – a/d grond: -3,8°C Twente, -3,6°C Deelen, Hupsel – hoogste temp.: 15,7°C Eindhoven, Ell, Volkel tot 13°C Terschelling – neerslag: nacht 1,1 mm Gilze-Rijen en overdag droog – neerslag etmaal: 2,4 mm Hoogeveen, 0,3 mm Schiphol, overige droog – zon: 12,6 uur Marknesse tot 5 uur Nieuw Beerta – hoogste windstoot 60 km/uur Hoek van Holland – hoogste windkracht 6 ZW-kustgebied WEERSTATION-BORCULO |
EEN JAAR GELEDEN 14 APRIL 2022 KNMI-STATIONS – laagste temperatuur: 3,9°C Eelde tot 9,9°C Arcen – aan de grond: 1,2°C Woensdrecht en o.a. 1,7°C De Bilt – hoogste temperatuur: 20,3°C Arcen tot 12,8°C Vlieland – neerslag: nacht 2,9 mm Maastricht, overdag 0,1 mm Volkel – zon: 12,4 uur Voorschoten tot 6 uur Arcen – hoogste windstoot 38 km/uur Nieuw Beerta WEERSTATION-BORCULO |
DATUMRECORDS 14 APRIL BORCULO
maximum-temperatuur: 27,8°C in 2007 tot 6,6°C in 2001
minimum-temperatuur: -3,4°C in 2001 tot 10,8°C in 2007
natste dag: 9,5 mm in 1985
zonnigste dag: 13,4 uur in 2007
DATUMRECORDS 14 APRIL KNMI-STATIONS
maximum-temperatuur: 27,8°C Arcen in 2007 tot 1,7°C Maastricht in 1966
minimum-temperatuur: -6,8°C Gilze-Rijen in 2001 tot 12°C Westdorpe in 2013
natste dag: 30 mm Schiphol in 1989
BIJZONDERHEDEN (VRIJDAG) 14 APRIL
De laagste temperaturen van donderdag 13 april werden donderdagavond na 20 uur bereikt met tot middernacht 0,8°C en 0,9°C op respectievelijk de KNMI-stations Deelen en Hupsel. Aan de grond in het etmaal van donderdag 13 april ook de laagste temperaturen donderdagavond met tot middernacht -2,3°C en -2,1°C op respectievelijk de KNMI-stations Twente en Volkel. Na middernacht van donderdag op vrijdag daalde de temperatuur verder met op de KNMI-stations Deelen, Twente lichte vorst met -1,0°C en op het KNMI-station Hupsel -0,7°C. Op de overige KNMI-stations geen vorst.
In de nacht naar vrijdag 14 april alleen op het KNMI-station Gilze-Rijen neerslag met 1,1 millimeter, de overige KNMI-stations kwamen de nachtelijke uren droog door.
In 2022 op 14 april viel in Borculo wat saharastof. Overdag op 14 april 2022 de hoogste temperatuur op het KNMI-station Arcen met als enige boven de warme grens van 20°C met 20,3°C. Het KNMI-station Vlieland bleef op 14 april 2022 met 12,8°C als enige onder de 13°C.
In april kan het soms koeler zijn dan in maart, een voorbeeld hiervan in 2012! Het etmaalgemiddelde van april 2012 was over de eerste 14 etmalen in Borculo 7,3°C. In de maand maart 2012 daarvoor warmer met over de eerste 14 etmalen 7,5°C. Kijken we naar bijvoorbeeld 2022 dan stond april over de eerste 14 etmalen op een etmaalgemiddelde van 7,8°C en maart over de eerste 14 etmalen 6,2°C. Ook nu is april nog warmer dan maart, over de eerste 14 etmalen staat april 2023 in Borculo nu op een etmaalgemiddelde van 7,8°C en over de eerste 14 etmalen van maart 4,3°C.
Maar kijken we naar de gemiddelde maximum-temperatuur in april 2022 over de eerste 14 etmalen met 12,5°C zelfs gelijk met maart 2022 over de eerste 14 etmalen. Nu in 2023 over de eerste 14 etmalen van april een gemiddelde maximum-temperatuur van 13,1°C en dat was over de eerste 14 etmalen van maart 2023 8,2°C. Normaal ligt de gemiddelde maximum-temperatuur voor april 4°C tot 5°C hoger dan in maart!
Onderstaande foto Frans Sijmons, de pad in zijn vijver maakt dankbaar gebruik van de zon om op te warmen. Die mogelijkheid was een maand eerder in maart 2022 zeker nog beter geweest, want o.a. in Borculo scheen de zon over de eerste 14 maart-etmalen maar liefst 125 uur tegen in april 2022 over de eerste 14 etmalen 53 uur. Nu in april 2023 inmiddels 91 uur zon en over dezelfde periode in maart 2023 43 uur.
Een manier om de voortgang van het voorjaar te bepalen m.b.t. de natuur is het bijhouden van de temperatuursom. De meest simpele vorm hiervan is het bij elkaar optellen van alle positieve etmaalgemiddelden sinds 1 januari. Zo zaten we in 2021 op 13 april sinds een aantal dagen op een totaal van ruim 500 punten en dat was twee weken later dan in 2020. Het bereiken van de temperatuursom van 500 punten is meestal rond dag 96 in de laatste 30 jaar. In de periode van 1921 tot 1950 werd de 500 puntengrens pas op dag 111 doorbroken, twee weken later. De temperatuursom van 500 punten werd in de jaren 2018, 2015 en 2009 nog wat later bereikt. In jaren 2013, 2010 en 2006 gebeurde het zelfs veel later in het voorjaar. Verschillen kunnen van jaar tot jaar groot zijn. Jaren waarin het sneller ging dan normaal waren 2020, 2014, 2007 en 2002, toen het in de loop van maart al zover was. De jaren 2007 en 2020 waren daarbij de koplopers, kort daarna gevolgd door 2014. In de vorige eeuw was ook 1990 heel vroeg met het doorbreken van de 500 puntengrens. Erg late voorjaren hadden we deze eeuw in 2013, 2010 en 2006. In 2013 werd de grens van 500 punten pas bij de overgang van de maanden april en mei bereikt. In de vorige eeuw waren de jaren 1985 en 1986 nog later. Toen werd de barrière van 500 punten pas in de eerste meiweek bereikt. In 2022 werd een temperatuursom van 500 punten bereikt op 25 maart en nu in 2023 een temperatuursom van 500 punten op 26 maart.
Voor meer info klik op: KNMI WEER WEERPLAZA
Onderstaande foto maakte Frans Sijmons 14 april 2021, in de nacht naar 14 april 2021 met lichte vorst. Aan de grond zelfs matige vorst op diverse plaatsen.
– In 2021 in de nacht naar 14 april in nagenoeg het hele land lichte vorst m.u.v. het uiterste zuidwesten van het land, de regio Schiphol en het uiterste noordwesten/noorden van het land. De laagste temperaturen op de KNMI-stations Twente en Eelde met respectievelijk -3,9°C en -3,2°C en aan de grond -7,6°C en -7,0°C. Het KNMI-station Hupsel had -3,0°C als minimum en aan de grond -4,8°C.
– In 2020 in de nacht naar 14 april op het KNMI-station Maastricht als enige nog grondvorst met -1,1°C en daarna volgde het KNM-station Woensdrecht met 0,2°C.
– In 2015 op 14 april een hele mooie dag met in Borculo 10,6 uur zon en een maximum-temperatuur van 20,8°C. Voor Borculo daarmee de hoogste temperatuur van 2015 tot dan. In 2016 waren we al heel wat hoger uitgekomen, de hoogste temperatuur voor Borculo toen was t/m 14 april nog 23,8°C van 31 maart. Voor april 2017 was de hoogste temperatuur nog 21°C, uiteindelijk zou dat ook de hoogste temperatuur van april 2017 worden. In 2018 t/m 14 april was de hoogste temperatuur voor Borculo nog 23,4°C van 8 april, over dezelfde periode in 2019 22,2°C van 7 april, in 2020 24,5°C van 8 april, in 2021 op 31 maart met 24,4°C, in 2022 22,8°C van 12 april en dit jaar tot nu toe de hoogste temperatuur 17,8°C van 13 maart. In april 2020 t/m 14 april met 24,5°C de hoogste temperatuur sinds 2009 die toen al tot 24,8°C kwam. Maar in april 2012 t/m 14 april nog niet hoger dan 14,9°C in Borculo.
– In 2019 in de nacht naar 14 april vielen in de noordelijke helft van het land nog verspreid enkele winterse buitjes, ook in Borculo viel nog een licht winters buitje met korrelhagel. Verder op uitgebreide schaal lichte vorst, van de 33 KNMI-stations 22 stations met lichte vorst. De laagste temperatuur van -3,3°C op het KNMI-station Woensdrecht en aan de grond -7,4°C. De oostelijke KNMI-stations Hupsel en Twente hadden minimum-temperaturen van respectievelijk -0,2°C en 0,5°C en aan de grond -1,8°C en -0,2°C. In Borculo daalde de temperatuur tot -0,6°C en aan de grond tot -1,9°C.
– In 2011 in de nacht naar 14 april lichte vorst op waarnemingshoogte op zeven KNMI-stations. Het KNMI-station Hoogeveen was de koudste met -1,7°C en dat zou ook de laagste temperatuur van april 2011 worden. In april 2012 waren we al veel lager uitgekomen, in de eerste aprilnacht van 2012 al -5,1°C op het KNMI-station Deelen. Aan de grond was het KNMI-station Twente op 14 april 2011 de koudste met -5,2°C en dat is voluit matige vorst aan de grond. Ook aan de grond waren we in april 2012 al veel lager uitgekomen met op het KNMI-station Twente -10°C. In Borculo op 14 april 2011 in de weerhut een minimum van 1°C en aan de grond -2,5°C. Zowel landelijk als in Borculo was het de koudste nacht tot dan van april 2011.
– In 2012 in de nacht naar 14 april lichte vorst en wel op acht van de 34 KNMI-stations. Het KNMI-station Wijk aan Zee was met -1,5°C het koudste KNMI-station, aan de grond waren de KNMI-stations Rotterdam en Wijk aan Zee met -3°C het koudst. Het KNMI-station Wijk aan Zee was hiermee voor de tweede nacht in de aprilmaand van 2012 het koudste station.
– De vroegste zomerse dag op het KNMI-station De Bilt sinds 1901 is 14 april 2007 met maar liefst 27,6°C.
Onderstaande foto maakte Peter de Vries, af en toe even de dorst lessen en dat kan deze dagen prima.
NEERSLAG
In 2020 heerste evenals de drie jaar daarvoor rond deze tijd droogte in Nederland. Dat was in 2021 voor het grootste deel van het land niet aan de orde, alleen voor het oosten en zuidoosten van het land kon het grondwaterpeil nog wel wat neerslag gebruiken. Ook in 2022 was rond deze tijd de droogte vanuit de maand maart aardig verholpen. In 2016 op 12- en 13 april van droogte ook geen sprake toen er zware buien vielen in o.a. het oosten van Friesland, daar werden zelfs records gebroken. Het KNMI-neerslagstation Oldeholtpade ving 40 millimeter op. In Siegerswoude werd 35,5 millimeter opgevangen en daarvan het grootste deel in een tijdsbestek van 20 minuten. Naast regen kwam er ook hagel naar beneden zo groot als knikkers. Voor Friesland werd het een Fries neerslagrecord voor de tweede aprildecade. Het oude record stond op naam van Nes op Ameland met 29 millimeter op 11 april 1967. Het record voor de maand april bleef in stand en dat staat op naam van het KNMI-neerslagstation Lemmer met 53 millimeter op 28 april 1940.
Bovenstaande is best opmerkelijk voor april, doorgaans verloopt april vrij droog. Voor Borculo is april met gemiddeld 47 millimeter de droogste maand van het jaar. De droogste april-maand voor Borculo is april 2007 met 0,0 millimeter neerslag en dat heeft geen enkele andere maand gepresteerd in Borculo! In 2017 stond de teller in Borculo t/m 14 april op vier millimeter, dat was in 2018 t/m 14 april iets meer met acht millimeter. In april 2019 was in Borculo nog maar twee millimeter gevallen t/m 14 april, in april 2020 over dezelfde periode in Borculo minder dan 0,1 millimeter, in april 2021 stond de neerslagteller t/m 14 april op 36 millimeter, in april 2022 op 51 millimeter en nu in april 2023 inmiddels 53 millimeter. In Zuid-Limburg stonden de neerslagstations Beek en Schaesberg op rond 50 millimeter in april 2021 t/m 14 april.
Het jaartotaal stond in Borculo in 2017 t/m 14 april op 206 millimeter, in 2018 stond de neerslagteller over dezelfde periode op 221 millimeter, in 2019 232 millimeter, in 2020 op 252 millimeter, in 2021 op 230 millimeter, in 2022 op 256 millimeter en nu in 2023 is het jaartotaal inmiddels 319 millimeter. Het huidige neerslagtotaal van dit jaar werd in 1996 pas op 29 augustus bereikt.
Onderstaande foto maakte Peter de Vries van de bollenvelden tussen Lisse en Noordwijk.
EEN DUIK IN HET VERLEDEN
In 2017 in de nacht naar 14 april kwam het tot wat lichte vorst op twee KNMI-stations en aan de grond op uitgebreide schaal grondvorst in de oostelijke helft en het zuiden van het land. In de nacht naar 14 april 2017 de laagste temperatuur van -0,2°C op het KNMI-station Eelde en aan de grond de laagste temperatuur op het KNMI-station Ell met -2,6°C. De KNMI-stations Hupsel en Twente hadden grondvorst met respectievelijk -1,9°C en -2,1°C.
In de nacht naar 14 april 2016 in de opklaringsgebieden grondvorst en dat met name in de zuidoosthoek, alleen in Limburg geen grondvorst. In de nacht naar 14 april 2016 de laagste temperatuur van 0,9°C op de KNMI-stations Deelen en Nieuw Beerta. Aan de grond de laagste temperatuur op het KNMI-station Eindhoven met -2,3°C. Op de KNMI-stations Hupsel en Twente ook grondvorst met respectievelijk -1,1°C en -1°C.
Op onderstaande foto mist en dat met name in de noordelijke helft van het land op de ochtend 14 april 2016, foto is gemaakt door Frans Sijmons uit Klausheide.
In Japan was het weer onrustig rond 14 april 2016, daar kwam het tot een aardbeving met een kracht van 6,4 op de schaal van Richter. De beving vond plaats op het eiland Kyushu in het zuiden van Japan. Er was geen tsunamiwaarschuwing. Het epicentrum lag op een diepte van 10 kilometer in Kumamoto-stad, op zo’n 1000 kilometer van de hoofdstad Tokio. In het gebied bevinden zich meerdere kerncentrales. Maar volgens Kyushu Electric Power waren er geen gevolgen voor de twee reactoren van de atoomfabriek Sendai. In de stad Mashiki zijn wel meer dan tien gebouwen ingestort.
In de nacht naar 14 april 2015 op waarnemingshoogte geen vorst, wel grondvorst. Op vier KNMI-stations kwam het tijdens opklaringen tot grondvorst en wel op de KNMI-stations Ell, Hupsel, Twente en Volkel met respectievelijk -0,9°C, -0,6°C, -3,3°C en -0,9°C. Aan de grond op het KNMI-station Twente ook de laagste temperatuur met -3,3°C.
Onderstaande foto is van 14 april 2015 toen op diverse plaatsen al gras werd gemaaid. April is in de volksweerkunde niet voor niets de grasmaand! Best opmerkelijk dat dit in 2017 en 2018 nog niet aan de orde was. In 2019 werd er al gras gemaaid eind februari/begin maart. Ook in 2020 was lokaal al gras gemaaid en in 2021 nog geen melding van gras maaien. In 2022 werd zo hier en daar ook al gras gemaaid, o.a. in de regio Beltrum en dit jaar nog geen melding van gras maaien.
Onderstaande foto maakte Tinus Beckers uit Lichtenvoorde op 14 april 2014 even na een hagelbui daar.
Onrustig was het rond 14 april 2013 in Papoea-Nieuw-Guinea, daar kwam het tot een aardbeving met een magnitude van 6,6 op de schaal van Richter. Onrustig was het rond 14 april 2013 ook in Mexico, daar kwam beweging in de vulkaan Popacatépetl, deze ligt in de staat Puebla en stootte een wolk van waterdamp en as uit. De asdeeltjes werden 500 meter hoog de lucht ingeslingerd. Deze vulkaan Popacatépetl is 5462 meter hoog en kende de afgelopen jaren regelmatig uitbarstingen.
April kan met thermisch grote verschillen voor de dag komen! Op 14 april 1999 een dik pak sneeuw, op 14 april 2001 strenge vorst aan de grond met -11,4ºC op het opgeheven KNMI-station Soesterberg en vanaf 14 april 2007 drie zomerse dagen op rij! En wat te denken van 14 april 1999, toen lag er een sneeuwdek van 15 centimeter in Ruinerwold, 11 centimeter in Dalfsen, in Veenoord 7 centimeter en op de Veluwe 3 centimeter. Lokaal vielen sneeuwvlokken van 5 centimeter in doorsnede.
Na een koude nacht in april kan het overdag best aangenaam weer zijn. April staat ook wel bekend om soms een grote amplitude af te leveren. In de nacht naar 14 april 1972 daalde de temperatuur op het KNMI-station Eelde tot -2,4ºC en overdag werd het daar 16,3ºC, een verschil van bijna 19ºC! Ook op 9 april 2018 een grote dagelijkse temperatuurgang en wel van het KNMI-station Ell van -0,5°C naar 22,7°C en daarmee een amplitude van 23,2°C!
Maar wat april kan, kan maart ook met zijn amplitude! Op 9 maart 2014 had het KNMI-station Eindhoven zelfs een zeldzame combinatie van een vorstdag en een warme dag, een minimum-temperatuur van -0,4ºC en een maximum-temperatuur van 21,1ºC. Een verschil van 21,5ºC!
Op 14 april 1986 werd het zuiden van Bangladesh getroffen door noodweer met hagel en onweer. Daar viel toen een hagelsteen met een gewicht van 1,02 kilogram. Voor zover bekend is dit de zwaarste hagelsteen die op aarde viel.
In 1982 op de Wageningen-Universiteit een minimum-temperatuur van -4,4°C en op het KNMI-station Twente -3,7°C en aan de grond op Twente -7,0°C. Op het inmiddels opgeheven KNMI-station Kapellebrug -3,3°C.
Op 14 april 1936 op het inmiddels opgeheven KNMI-station Wijster lichte vorst met -4,5ºC.
In 1922 op 14 april op de inmiddels opgeheven KNMI-stations Sittard en Winterswijk maximum-temperaturen van respectievelijk 23,9ºC en 22,3ºC. Op het KNMI-station Eelde werd het die dag 22,4ºC.
Op onderstaande foto een zandstorm op weg naar Spearman in Texas op 14 april 1935.
DE PLANET SOLAR
In het Duitse Kiel in 2010 in april een bijzondere gebeurtenis met het te water laten van de grootste boot die vaart op zonne-energie. Een catamaran bedekt met zonnepanelen met een oppervlakte van 537 vierkante meter. Enige jaren geleden is er al eens een boot gemaakt in Zwitserland die met succes d.m.v. zonnepanelen de Atlantische Oceaan is overgestoken. Men is toen vertrokken vanuit Spanje in Sevilla en toen werd er koers gezet richting New York, een afstand van 13.000 kilometer die men volbracht in zes maanden en dat alleen op zonne-energie. Inmiddels heeft deze catamaran die volledig op zonne-energie functioneert al de langste afstand ooit afgelegd met een door zonne-energie aangedreven voertuig. Het zonneschip begon zijn reis om de wereld op 27 september 2010 in Monaco. Op 7 februari 2011 vertrok de Catamaran van de Galapagoseilanden om vervolgens non-stop 5.599 kilometer af te leggen naar de Marquesas-eilanden. Het schip zette zijn reis daarna voort in de richting van Australië waar het half mei 2011 aankwam in Brisbane. Daarna was de terugreis naar Monaco weer begonnen en daar kwamen ze aan begin mei 2012 en toen hadden ze 55.500 kilometer op zee afgelegd.
De catamaran is voorzien van de grootste lithium-ion batterij-opstelling ter wereld, deze wordt gevoed door 600 vierkante meter aan zonnepanelen. In totaal gaat het om 38.000 zonnecellen. De catamaran kan op een volle batterij drie dagen lang een maximale kruissnelheid halen van 12-13 kilometer per uur. Verder is een snelheid van 25 kilometer per uur haalbaar, uiteraard geen drie dagen lang op een volle batterij. Doet men het wat rustiger aan dan kan met een lagere snelheid rond 15 dagen gevaren worden zonder opladen van de batterij. (bron: Planet Solar)
Onderstaande twee foto’s zijn van de catamaran met zonnepanelen (bron: Planet Solar).
Zonne-energie is best iets bijzonders, door het zonlicht om te zetten in elektriciteit d.m.v. zonnecellen. Zonlicht bestaat uit verschillende kleuren, dat kun je mooi zien wanneer er een regenboog is. Een zonnecel wordt meestal gemaakt van één bepaald materiaal dat halfgeleider wordt genoemd, bijvoorbeeld silicium. Zo’n materiaal is niet voor alle kleuren licht even gevoelig en een deel van het zonlicht gaat er zelfs dwars door heen en wordt niet eens gebruikt. Een zonnecel werkt pas echt optimaal voor één kleur licht. Licht wat te rood is gaat er doorheen en wordt dus niet geabsorbeerd en benut voor de omzetting naar elektriciteit. Licht wat te blauw is wordt maar voor een deel benut. Gemiddeld schijnt ongeveer 55% van de energie in het licht verloren te gaan, wordt niet gebruikt voor het omzetten naar elektriciteit.
Bij zo’n schip wordt de verkregen elektriciteit d.m.v. zonne-energie gebruikt voor het aandrijven van elektromotoren die op hun beurt het schip aandrijven. Door ook extra elektriciteit op te slaan in accu’s kan men ook in de nacht varen.
Op 5 mei 2012 werd bekend dat voor het eerst in de geschiedenis een schip op zonne-energie de wereld rond was gevaren. We hebben het dan over de 31 meter lange Tûranor Planet Solar. Op 5 mei 2012 arriveerde de Planet Solar in de haven van Monaco. De wereldreis had al met al 19 maanden geduurd. De Planet Solar is gebouwd in het Noord-Duitse Kiel en is een zogenaamde catamaran. Deze catamaran begon op 27 september 2010 aan zijn reis rond de wereld. In totaal werd er ongeveer 60.000 kilometer afgelegd op het water en alle oceanen zijn doorkruist. De Planet Solar heeft daarmee een plaats bereikt in het Guinness Book of Records voor de snelste Atlantische oversteek per schip op zonne-energie. De Planet Solar heeft een oppervlak van 537 vierkante meter aan zonnecellen en is daarmee de grootste in zijn soort op de aarde. De catamaran heeft ruimte voor 40 personen en weegt toch nog een slordige 95 ton.
Op onderstaande foto de Planet Solar in de haven van Monaco op 5 mei 2012. (bron: Planet Solar)
