HomeHomepagedonderdag 15 mei

donderdag 15 mei

DIE “KALTE SOPHIE” KWAM DIT JAAR NIET OP BEZOEK IN NEDERLAND!

Voor weer-info klik op onderstaande links:

KNMI     WEERPLAZA     WEERONLINE    KMI-BELGIE     WEER.NL     WEERNIEUWS-VERWACHTING

Voor extremen etmaal KNMI-stations en het weer een jaar geleden klik op onderstaande links:
temp/neerslag dag/nacht     temp/neerslag/wind     uren zon      een jaar geleden: De Bilt

Donderdag 15 mei tot 18 uur in Borculo rond 10,5 uur zon en daarmee passeerde Borculo de grens van 800 uur zon in 2025. Daarmee is 2025 voor Borculo ruimschoots het zonnigste jaar tot nu toe, op de tweede plaats staat 2022 die op 27 mei de grens van 800 uur zon bereikte. Onder aan de lijst staat 2013 die op 21 juli de 800 uur bereikte.

Volgens de Volksweerkunde in Nederland zijn de officiële IJsheiligen voorbij want die lopen van 11- t/m 14 mei. Voor 11 mei staat de eerste IJsheilige op de kalender en dat is Mamertius, daarna volgen Pancratius, Servatius en Bonifacius. Omdat drie het heilige getal is, rekent men in de meeste landen slechts drie (van de vier) tot de IJsheiligen. Er zijn landen waar Mamertius niet van de partij is. In andere landen is Bonifacius er niet bij. In Duitsland wordt er nog een vijfde aan het rijtje toegevoegd, namelijk “die Kalte Sophie” op de 15e mei. Op de 16e mei heeft men het er ook nog over “der Heilige Nepomuk”. Het is maar dat U het weet! In de nacht naar donderdag 15 mei kwam “die Kalte Sophie” niet op bezoek in Nederland, de laagste temperatuur op waarnemingshoogte was 6,1°C en aan de grond 3,2°C op het KNMI-station Eelde.

In 2024 in het etmaal van 15 mei was de laagste temperatuur in Borculo 15,0°C en daarmee een nieuw datumrecord voor de minimum-temperatuur. Het oude datumrecord stond op 14,2°C van 15 mei 2008. Dit jaar op donderdag 15 mei was de laagste temperatuur in Borculo 9,2°C,
In 2024 op 15 mei een zomerse dag met neerslag van betekenis! Landelijk de hoogste temperatuur werd bereikt op het KNMI-station Lauwersoog met 26,1°C en er viel over het etmaal 17,3- en 11,4 millimeter op respectievelijk de KNMI-stations Wijk aan Zee en Schiphol. In Almere-Buiten viel 35 millimeter, in Zeewolde 38 millimeter en in Uitgeest 23 millimeter. Het KNMI-station Eelde kwam nog tot 13,6 uur zon.

In 2023 op 15 mei bleef landelijk de hoogste temperatuur net steken onder de warme grens van 20°C met 19,7°C op het KNMI-station Hupsel. In de Achterhoek ook de meeste zon met 8,4 uur op het KNMI-station Hupsel.

Dit jaar in mei 2025 kwamen de IJsheiligen in Nederland t/m 15 mei in negen nachten langszij, in de mei-maanden van 2024 en 2023 in beide jaren in één nacht over de eerste 15 etmalen. In 2023 had Nederland meer last van de overvloedige neerslag, landerijen die in veel regio’s veel te nat waren voor de zware landbouwwerktuigen.
In 2022 het tegenovergestelde, de IJsheiligen waren in 2022 wel actiever en dat met name in het noorden en noordoosten van het land. Verder in 2022 in het hele land was de droogte die de aandacht trok en daar was men nog lang niet van verlost. Nu in 2025 wordt de droogte ook een serieus aandachtspunt, veel regio’s hebben deze maand nog geen neerslag gehad, in 2024 ook al weer regio’s waar de droogte langzaam de kop opstak. Zo kon Borculo in 2024 t/m 15 mei al weer tien droge etmalen noteren en nu in mei 2025 in Borculo inmiddels 15 droge etmalen op rij.

In 2022 in de nacht naar 15 mei de laagste minimum-temperaturen van 3,6°C en 4,1°C op respectievelijk de KNMI-stations Nieuw Beerta en Eelde. Aan de grond de laagste temperaturen van -1,5°C en 0,7°C op respectievelijk de KNMI-stations Eelde en Hupsel. Overdag met veel zon tot rond 14-15 uur van noord naar zuid over het land werd het nog een zomerse dag met de hoogste maximum-temperaturen van 27,4°C op het KNMI-station Woensdrecht en 27,3°C op de KNMI-stations Arcen en Westdorpe.

In 2017 in de nacht naar 15 mei kwamen de IJsheiligen toch nog weer op bezoek en wel op twee KNMI-stations, teweten Volkel en Hupsel. In de nacht naar 15 mei 2017 de laagste temperatuur van 3,6°C op het KNMI-station Deelen en aan de grond de laagste temperaturen op de KNMI-stations Volkel en Hupsel met respectievelijk -1,1°C en -0,8°C.

De datum 15 mei is gemiddeld de eerste dag waarop het KNMI-station De Bilt de 20°C haalt als maximum-temperatuur. De vroegste datum is 17 maart in 1990 en de meest late datum 31 mei in 1983. Voor het KNMI-station Maastricht ligt de eerste dag van 20°C gemiddeld op 13 april, de meest vroege datum is 18 februari 1920 en de meest late datum 27 mei 1978. In 2019 op het KNMI-station De Bilt op 7 april met 20,9°C de eerste warme dag, in 2020 op 6 april met 23,0°C, in 2021 30 maart met 21,3°C, in 2022 op 12 april met 20,6°C, in 2023 de eerste warme dag op het KNMI-station De Bilt op 4 mei met 22,1°C, in 2024 op 6 april met 24,1°C en dit jaar op 21 maart met 21,9°C.

Weet U wat onderstaande foto voorstelt?

Bovenstaande foto is een sterretje in de ruit aan boord van het Internationale Ruimtestation ISS. Vanuit het ISS zie je wel meer sterretjes, maar niet van dit soort. Gelukkig kan het weinig kwaad zo’n sterretje die is veroorzaakt door de inslag van een kosmisch stofdeeltje en de speciale multi-gelaagde ruiten van het ISS kunnen heel wat hebben! Het wordt pas echt benauwd bij de inslag van deeltjes van meer dan een centimeter in doorsnede, waarmee apparatuur beschadigd kan raken of, erger nog, een barst kan komen in het beschermende schild rondom het ruimtestation. Maar zo’n klein sterretje als op bovenstaande foto, daar raken de astronauten niet door van slag. (Bron foto NASA)

– In 2021 op 15 mei in de stad Groningen nog een winterse bui waarbij het zo hard hagelde dat de straten tijdelijk wit kleurden.

   – In 2019 in de nacht naar 15 mei op waarnemingshoogte geen vorst meer, wel grondvorst in het oosten, noordoosten en zuiden van het land. De laagste temperatuur van 1,1°C op het KNMI-station Nieuw Beerta en aan de grond de laagste temperatuur op het KNMI-station Eelde met -3,5°C. De KNMI-stations Hupsel en Twente hadden ook grondvorst met respectievelijk -1,2°C en -2,1°C.

– De nacht naar 15 mei 2012 volgens de Duitse Volksweerkunde ook de nacht van “die Kalte Sophie”! In de nacht naar 15 mei 2012 was er zeker sprake van kou getuige de -0,9°C aan de grond op het KNMI-station Twente. Op 15 mei 1973 een minimum-record voor het KNMI-station De Bilt met -0,2°C. Op het inmiddels opgeheven KNMI-station Dedemsvaart daalde de temperatuur toen zelfs tot -2,1°C.

Onderstaande foto maakte Peter de Vries van de buxusrups die al heel veel schade heeft aangericht aan de buxus. De buxusrups is voor de mezen een lekkere hap, maar doordat met gif de buxus worden bestreden moeten veel mezen het bekopen met de dood.

MEI 2020 EEN VORSTIGE LENTEMAAND

In mei 2020 in de nacht naar 15 mei landelijk al weer de zevende nacht van de maand met vorst op waarnemingshoogte. Nog opmerkelijker was dat de nacht naar 15 mei de 34e nacht van de lenteperiode van 2020 was met landelijk vorst, daarentegen in de winterperiode daarvoor “slechts” 33 nachten met landelijk vorst!
Het KNMI-station Eelde was in de nacht naar 15 mei 2020 met -2,9°C voor de zesde nacht die maand de koudste plek van het land met een nieuw landelijk datumrecord. Het oude landelijk datumrecord stond ook op naam van het KNMI-station Eelde en wel met -2,3°C van 15 mei 1941. Aan de grond op het KNMI-station Eelde ook de laagste temperatuur met -7,5°C en dat is ook goed voor een nieuw landelijk record. De KNMI-stations Hupsel en Twente hadden op waarnemingshoogte respectievelijk -0,8°C en -1,8°C en aan de grond -3,6°C en -6,9°C.
Tot vorst op waarnemingshoogte kwam het met name in het midden, oosten en noordoosten van het land en regionaal in het oosten van Noord-Holland, westen van Friesland en zuidwesten van Brabant. Tot grondvorst kwam het in het grootste deel van het land m.u.v. het uiterste zuidwesten en uiterste zuidoosten van het land en de regio Lauwersoog. Het KNMI-station De Bilt had met een minimum van -1,2°C een nieuw datumrecord, het oude datumrecord stond op -0,4°C van 15 mei 1909 en 15 mei 1946. Voor het KNMI-station De Bilt was het ook de meest late vorstdag sinds 1973. In Borculo was het minimum op 15 mei 2020 -1,1°C en daarmee ook een nieuw datumrecord, het oude record voor 15 mei was 2,0°C van 15 mei 1995. Ook voor Borculo een nieuw decade-record, het oude record voor de tweede mei-decade stond op -0,9°C van 16 mei 1996.

Het KNMI-station Hupsel kwam in mei 2020 tot zeven vorstdagen. Dat is het grootste aantal vorstdagen in mei sinds 1941! In mei 1941 op de inmiddels opgeheven KNMI-stations Gemert en Winterswijk acht nachten met vorst en op het inmiddels ook opgeheven KNMI-station Wijster en het nog bestaande KNMI-station Eelde 11 nachten met vorst. Verder had alleen 1909 ook meer vorst in mei, namelijk negen vorstnachten op het KNMI-station Eelde.

KNMI-STATION WIJK AAN ZEE

Het KNMI-duinstation Wijk aan Zee is heel vaak een bijzonder station als het om de temperatuur gaat. In de duinen kan het flink afkoelen, maar op zomerse dagen als de wind aflandig is kan het er ook flink opwarmen. In 2010 in de nacht naar 15 mei was voor de derde nacht op rij het KNMI-duinstation Wijk aan Zee de koudste plek van Nederland, in 2010 op 15 mei met -1,4°C. Aan de grond toen de laagste temperatuur op het KNMI-station Westdorpe met -4°C.
Hieronder een foto van het KNMI-duinstation Wijk aan Zee. (bron foto KNMI)

EEN DUIK IN HET VERLEDEN

In april-mei 2018 viel het op dat het KNMI-station Lelystad opvallend vaak landelijk het warmste KNMI-station was. Dat had deels te maken met warmte-advectie boven de nog onbegroeide akkers en de aflandige windrichting. In april 1993 en in april 2007 was dat eveneens het geval.

De gemiddelde zeewatertemperatuur bij Den Helder was in maart 2018 2,8°C en daarmee 2,3°C kouder dan normaal. Maar in mei 2018 was de gemiddelde zeewatertemperatuur bij Den Helder 15,0°C en daarmee 2,7°C warmer dan normaal.

In 2018 op 15 mei sneeuwde het in de Alpen, op de Zugspitze viel 15 mei 2018 rond 30 centimeter sneeuw.

Op 15 mei 2016 was het eerste pinksterdag met toen bijna grondvorst op het KNMI-station Heino en landelijk was het de koudste nacht sinds 5 mei daarvoor toen het KNMI-station Heino 0,6°C had op waarnemingshoogte als minimum. In het Sauerland en de Ardennen viel nog natte sneeuw, in Nederland bleef het bij lokaal hagel.

In de nacht naar 15 mei 2015 bleef de deur voor de IJsheiligen voor de KNMI-stations nog net gesloten, maar dat scheelde niet veel met 0,4°C aan de grond op het KNMI-station Eelde. Maar in het Drentse Wijster kwam het wel tot grondvorst en wel met -1,3°C.
Onderstaande foto maakte Arie Verrips tijdens een fietstocht door het Utrechtse groene hart op 15 mei 2015.

Het had in de aanloop naar Hemelvaartsdag en overdag op Hemelvaartsdag 2015 zelf behoorlijk gespookt in Duitsland met lokaal tornado’s en zware onweersbuien met hagel. Zo werd er in 12 uur tijd op 13-14 mei totaal 140.000 bliksemontladingen geregistreerd en daarvan bereikten 105.000 ook de grond. In de regio Freiburg viel hagel met een doorsnede van vijf centimeter.

Onderstaande foto is van Schwaben in Duitsland, daar kreeg men op Hemelvaartsdag bezoek van een tornado.

In 2014 in de nacht naar 15 mei op waarnemingshoogte net geen vorst met landelijk de laagste temperatuur op het KNMI-station Deelen met 0,1°C. Maar aan de grond opnieuw het bewijs dat de IJsheiligen voor de tweede nacht op rij nog aanwezig waren. In de zuidelijke helft van het land kwam het op uitgebreide schaal tot grondvorst met als laagste temperatuur -1,9°C op het KNMI-station Eindhoven. Ook de oostelijke KNMI-stations Hupsel en Twente hadden grondvorst met respectievelijk -0,6°C en -0,8°C.

In 2012 in de nacht naar 15 mei toch nog bezoek van de IJsheiligen met -0,9°C op het KNMI-station Twente aan de grond. In de weerhut wel overal boven het vriespunt met als laagste temperatuur 2,2°C op het KNMI-station Twente.

Het neerslagtotaal van mei 2011 in Borculo t/m 15 mei was nog geen drie millimeter. Daarentegen in mei 2012 t/m 15 mei 44 millimeter.

In 1998 kwam op 15 mei een einde aan een bijzondere periode. In de periode 9 t/m 15 mei 1998 kwam in De Bilt een serie van zeven zomerse dagen voor, een record! Op 11 en 12 mei zelfs tropisch, net één dag te weinig voor de vroegste hittegolf. En dan te bedenken dat gedurende een periode van 21 dagen op rij, 5 t/m 25 mei 2003, op het KNMI in De Bilt geen temperaturen van 20ºC of hoger werden geregistreerd. Op 26 mei 2003 was het echter weer zover met op het KNMI-station De Bilt 20,2°C.

In 1982 op 15 mei op het KNMI-station Eelde een amplitude van 20,4°C en wel met een minimum-temperatuur van 5,8°C naar het maximum van 26,2°C.

In mei 1960 op het KNMI-station De Bilt van 15- t/m 22 mei in acht dagen slechts 7 uur zon en van 3- t/m 12 mei 108 uur zon.

Op 15 mei 1935 werd op het KNMI-station De Bilt slechts een maximum-temperatuur van 6,3°C. Voor het KNMI-station De Bilt altijd nog het datumrecord voor 15 mei. Door de homogenisatie van data door het KNMI is dit maximum sinds 2016 herleid tot 6,4°C.

Op 15 mei 1921 bereikte de krachtigste zonnestorm van de 20ste eeuw de aarde. Drie dagen lang beukte de zonnestorm op het aardmagnetische veld. Op 15 mei 1921 spitste de situatie zich toe en ontstonden op steeds meer plaatsen op aarde oncontroleerbare branden.

CANARISCHE EILANDEN

Rond half mei 2012 was het bijzonder heet op de Canarische Eilanden. Werd het 11 mei 2012 nog 30°C, op 13 mei 2012 werd op het vliegveld van Tenerife 38°C gemeten! Daarbij stond er ook een stevige zeer droge oostelijke wind die zeker niet helder overkwam. De lucht was verre van schoon en was een kwelling voor menigeen die al problemen had met de luchtwegen, we hebben het dan over de woestijnwind “La Calima”. Dit is een harde wind die stof en zand uit de Sahara naar de Canarische Eilanden blaast. Met deze hete en harde woestijnwind wordt hete en droge lucht vanuit de Sahara naar de Canarische Eilanden getransporteerd. Met deze hete wind kan de temperatuur zeer snel stijgen, zo steeg op Tenerife op 31 juli 2009 de temperatuur in een half uur van 32°C tot 43ºC en dat bij een luchtvochtigheid tot beneden 10%!

De Canarische Eilanden kent nog een bijzondere wind, de “Harmattan-Fall-Out”. De Harmattan is een van oorsprong Afrikaanse landwind, die als noord-oost-passaat waait tussen de 0° en 20° noorderbreedte. Deze treedt hoofdzakelijk op in de droge tijd en in de winter (december tot maart) en wordt door de zuid-west moesson opgevolgd. Als deze over de Sahara trekt, wordt er veel zand over de Atlantische Oceaan heen uitgeblazen. Het zand schijnt weer een positieve uitwerking te hebben op de planktongroei in de Oceaan, die de groei dan enorm laat exploderen. Het zand heeft dan de functie van een katalysator.

Op onderstaande foto ziet U een voorbeeld van een woestijnwind en in dit geval de “La Calima”.

error: Content Protected